naar hoofdtekst gaan

Afdrukken/scannen met Draadloos direct

U kunt apparaten (zoals een smartphone of tablet) op de volgende twee manieren met de printer verbinden.

  • Draadloze verbinding (apparaten verbinden via een draadloze router)

  • Directe draadloze verbinding (apparaten verbinden met Draadloos direct)

In dit gedeelte wordt Draadloos direct beschreven, waarbij u kunt afdrukken of scannen door de apparaten rechtstreeks met de printer te verbinden.

Volg de onderstaande procedure om Draadloos direct te gebruiken.

  1. De printer voorbereiden.

  2. Een apparaat voorbereiden om verbinding te maken met de printer.

  3. Afdrukken/scannen.

Belangrijk

  • U kunt maximaal 5 apparaten tegelijk met de printer verbinden.

  • Controleer de gebruiksbeperkingen en stel de printer in op Draadloos direct.

De printerinstelling wijzigen in het gebruik van Draadloos direct

  1. Controleer of de printer is ingeschakeld.

  2. Selecteer (Instellen) op het HOME-scherm.

  3. Selecteer Apparaatinstellingen (Device settings).

  4. Selecteer LAN-instellingen (LAN settings).

  5. Selecteer Draadloos direct (Wireless Direct).

    Het scherm Lijst instellingen Draadloos direct (Wireless Direct setting list) wordt weergegeven.

  6. Selecteer Instellingen (Settings).

  7. Selecteer Draadloos direct in-/uitschakelen (Enable/disable Wireless Direct).

  8. Selecteer AAN (ON).

    Draadloos direct is ingeschakeld en het apparaat kan draadloos met de printer worden verbonden.

    Opmerking

    • Als u het wachtwoord wilt weergeven, selecteert u Wachtw. tonen (Show password). Als u het wachtwoord wilt verbergen, selecteert u Ww. verbergen (Hide password).

    • Het scherm Lijst instellingen Draadloos direct (Wireless Direct setting list) bevat instellingen voor het gebruik van de printer met Draadloos direct.

      Apparaten detecteren de printer wanneer Netwerk (SSID)/apparaatnaam (Network (SSID)/device name) wordt weergegeven op het scherm.

    • Er wordt om een wachtwoord gevraagd wanneer een apparaat wordt verbonden met de printer. Afhankelijk van het gebruikte apparaat is geen wachtwoord vereist.

    • Wanneer u een Wi-Fi Direct-compatibel apparaat verbindt met de printer, selecteert u de apparaatnaam die wordt weergegeven op het aanraakscherm van uw apparaat.

    • De identificatie (SSID) en de beveiligingsinstelling worden automatisch opgegeven. Zie hieronder als u ze wilt bijwerken.

Instellingen van een apparaat wijzigen en het verbinden met de printer

  1. Schakel de Wi-Fi-functie op uw apparaat in.

    Schakel "Wi-Fi" in via het menu "Instelling" op uw apparaat.

    Raadpleeg de handleiding van het apparaat voor meer informatie over het inschakelen van de Wi-Fi-functie.

  2. Selecteer 'DIRECT-XXXX-TS6200series' ('X' staat voor een alfanumeriek teken) in de lijst die op het apparaat wordt weergegeven.

    Opmerking

  3. Voer het wachtwoord in.

    Uw apparaat is verbonden met de printer.

    Opmerking

    • Controleer het wachtwoord voor Draadloos direct.

      Controleer dit op een van de volgende manieren.

    • Afhankelijk van het gebruikte apparaat moet u een wachtwoord invoeren om het apparaat via Wi-Fi met de printer te verbinden. Voer het wachtwoord in dat is opgegeven voor de printer.

    • Als uw Wi-Fi Direct-compatibele apparaat is ingesteld om voorrang te geven aan Wi-Fi Direct en het verbinding maakt met de printer, geeft de printer een bevestigingsscherm weer waarin u wordt gevraagd het apparaat toestemming te geven verbinding te maken met de printer.

      Zorg dat de naam op het aanraakscherm overeenkomt met die van het draadloze communicatieapparaat en selecteer Ja (Yes).

Afdrukken/scannen met Draadloos direct

Verbind een apparaat en de printer en begin met afdrukken/scannen.

Opmerking

  • Raadpleeg de handleiding van uw apparaat of toepassing voor meer informatie over afdrukken of scannen vanaf een apparaat via Wi-Fi.

  • U kunt afdrukken/scannen vanaf een smartphone of tablet door Canon PRINT Inkjet/SELPHY te installeren. U kunt dit downloaden in de App Store en op Google Play.

Instelling voor Draadloos direct wijzigen

Wijzig de instellingen voor Draadloos direct volgens de onderstaande procedure.

  1. Controleer of de printer is ingeschakeld.

  2. Selecteer (Instellen) op het scherm HOME.

  3. Selecteer Apparaatinstellingen (Device settings).

  4. Selecteer LAN-instellingen (LAN settings).

    Het scherm LAN-instellingen (LAN settings) wordt weergegeven.

    Opmerking

    • Als u netwerkinstellingen wilt afdrukken, selecteert u Details afdr. (Print details) in het scherm LAN-instellingen (LAN settings).

  5. Selecteer Draadloos direct (Wireless Direct).

    Het scherm Lijst instellingen Draadloos direct (Wireless Direct setting list) wordt weergegeven. U kunt de huidige instellingen van Draadloos direct controleren.

  6. Selecteer Instellingen (Settings).

  7. Selecteer een instellingsitem.

    • SSID/apparaatnaam wijzigen (Change SSID/device name)

      Wijzig de id (SSID) voor Draadloos direct.

      De id (SSID) is de printernaam (apparaatnaam) die wordt weergegeven op een Wi-Fi Direct-compatibel apparaat.

      Volg de onderstaande procedure om de id (SSID) te wijzigen.

      1. Selecteer het invoerveld.

      2. Voer de id (SSID) in (maximaal 32 tekens) en selecteer OK.

      3. Selecteer OK.

        Als u OK selecteert, wordt het opgeven van de id (SSID) voltooid.

      Als u Autom. bijw. (Auto update) selecteert, wordt het bevestigingsscherm weergegeven. Als u de identificatie (SSID) en het wachtwoord wilt bijwerken, selecteert u Ja (Yes). U kunt de bijgewerkte identificatie (SSID)/het wachtwoord controleren in het scherm Lijst instellingen Draadloos direct (Wireless Direct setting list).

    • Wachtwoord wijzigen (Change password)

      Wijzig het wachtwoord voor Draadloos direct.

      • Als u Handmatig wijzigen (Change manually) selecteert, wordt het invoerveld weergegeven.

        Volg de onderstaande procedure om het wachtwoord te wijzigen.

        1. Selecteer het invoerveld.

        2. Voer het wachtwoord in (maximaal 10 tekens) en selecteer OK.

        3. Selecteer OK.

          Als u OK selecteert, wordt het opgeven van het wachtwoord voltooid.

      • Als u Autom. bijw. (Auto update) selecteert, wordt het bevestigingsscherm weergegeven. Als u de identificatie (SSID) en het wachtwoord wilt bijwerken, selecteert u Ja (Yes). U kunt de bijgewerkte identificatie (SSID)/het wachtwoord controleren in het scherm Lijst instellingen Draadloos direct (Wireless Direct setting list).

    • Verbindingsverzoek bevestigen (Connection request confirmation)

      Wijzig de instelling voor het bevestigingsvenster wanneer een Wi-Fi Direct-compatibel apparaat verbinding maakt met de printer.

      Als u wilt dat op de printer een scherm wordt weergegeven om u te informeren dat een Wi-Fi Direct-compatibel apparaat verbinding maakt met de printer, selecteert u Ja (Yes).

      Belangrijk

      • Om toegang door onbevoegden te voorkomen, raden we u aan de standaardinstelling niet te wijzigen.

  8. Druk op de knop HOME.

    Het HOME-scherm wordt weergegeven.

Opmerking

  • Als u de instelling voor Draadloos direct van de printer wijzigt, dient u ook de instelling voor de draadloze router van het apparaat te wijzigen.